We waren in Jisp, Noord-Holland. Eeuwen geleden was het een belangrijke plaats door de walvisvaart. Nu was het een plek waar je roeiboten, kano’s en kajaks kon huren.
Jisp ligt in het midden van het grootste veenweidegebied van West-Europa. Vele sloten en slootjes doorsnijden de weidegronden, waarop koeien vredig grazen. Het is een prachtig gebied om door te varen. Sommige stukken zijn ondiepe en dan moet je oppassen. Als de peddel de bodem raakt, dan kleurt het water donkerbruin en komt er een gas vrij. Een zeer onaangenaam ruikend gas.
We hadden onze kajaks uit de koeienstal moeten tillen. In de zomer wanneer de koeien in het veld staan, dient de stal als opslagplaats voor de kanoverhuur.
Na een paar slagen wist ik dat ik vergeten was mijn linkerduim in te tapen. Door de wrijving met de peddel zou daar in korte tijd een blaar ontstaan. Ik veranderde mijn greep, want ik hou niet van blaren.
Het fijne van kajakken is dat je laag op het water zit en daardoor heel dicht bij de natuur bent. Tegelijkertijd ben je een verstoorder van de rust. Futen duiken onder water als je ze te dicht nadert en eenden vliegen een tiental meters weg als je in hun persoonlijke ruimte komt.
Als ik wandel, dan loop ik lekker door en stop ik alleen om wat te eten of om een plas te doen. Als ik kajak, dan ben ik een ander mens. Dan vind ik het fijn om niets te doen en om me heen te kijken. Naar het wuivend riet en het wuivend gras. Naar de vogels die zwemmen of overvliegen. Naar de koeien die met belangstelling volgen wat ik aan het doen ben.
Omdat we hadden afgesproken de Baanakkersroute te varen, moest ik me aanzetten om in actie te komen. Er moesten immers meters gemaakt worden. Van naar buiten gekeerd transformeerde ik in naar binnen gekeerd. Ik ging me concentreren op mijn techniek. Wat moest ik doen om sneller te gaan zonder buiten adem te raken? Het was het jammer dat de kajak geen touch paneel had, waarop ik YouTube instructiefilmpjes kon bekijken.
Na twee uur pure vaartijd waren we terug in Jisp. We hadden onze zelfopgelegde taak volbracht. Ik stapte uit de kajak en bekeek de wereld wederom vanaf 1 meter 80 hoogte. Wat is het veenweidegebied een prachtig gebied. Ik blijf me verbazen hoe mooi Nederland is.