In de Westhoek is de Eerste Wereldoorlog altijd dichtbij

Geplaatst op
Gevels Ieper

Jolanda en ik reisden naar Ieper af voor een lang weekend samen. De stad kent een eeuwenoude geschiedenis, maar is vooral bekend als een van de steden die het zwaarst is getroffen tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het lag in het centrum van het Westelijke Front en was het toneel van meerdere grote veldslagen.

Ik ging er heen om de stad te bekijken, te wandelen, te fietsen, en af en toe iets mee te krijgen van de gebeurtenissen van de Eerste Wereldoorlog, maar het liep anders. De regio ademt de geschiedenis van de Groote Oorlog. Er was geen ontsnappen aan.

In 1914 bezetten de Duitse troepen België, op een klein stukje in het zuidwesten na. In de Westhoek hield het Belgische leger stand achter de rivier de IJzer. Beide partijen begonnen zich in te graven om zichzelf te beschermen. Het was het begin van een loopgravenoorlog. Eind 1914 lagen over een afstand van 750 kilometer in België en Frankrijk de loopgraven van de strijdende partijen tegenover elkaar.

De frontlinie was niet statisch. De ene keer wonnen de Duitsers terrein en de andere keer de geallieerden. In de Westhoek zijn 550.000 slachtoffers gevallen, waarvan bijna 30.000 burgers. Het zijn aantallen die niet te bevatten zijn.

The Last Post ceremonie

Ik heb op mijn telefoon verschillende bugle calls staan, zoals de Reveille en de Assembly. Ik laat ze soms horen tijdens groepswandelreizen. Een bugle call is een korte melodie, die oorspronkelijk in het leger werd gebruikt om bepaalde gebeurtenissen aan te kondigen. De ‘Last Post’ is een trompetsignaal dat bij militaire herdenkingen en begrafenissen wordt gebruikt. Sinds 1928 wordt het in Ieper elke dag om 20 uur onder de Menenpoort gespeeld, als eerbetoon aan de gesneuvelden.

The Last Post ceremonie

Jolanda en ik wilden het dagelijkse ritueel bijwonen en op vrijdagavond stonden wij, samen met vele andere bezoekers, onder de gewelven van de Menenpoort. De poort, waarvan we delen niet konden zien vanwege restauratiewerkzaamheden, was in 1927 door de Britten gebouwd om de vermiste soldaten van het voormalige Britse Rijk te herdenken.

De organisatoren vroegen ons om na afloop niet te applaudisseren, omdat het een ingetogen eerbetoon was en geen toeristische attractie.

De klaroenblazers begonnen als eerste te blazen. Het geluid werd weergalmt onder de poort en iedereen was muis stil. Daarna gingen een muziekkorps verder. Iemand droeg een stukje voor uit het gedicht van Laurence Binyon (They shall grow not old, as we that are left grow old), er was een minuut stilte en er werd een krans neergelegd. We konden het allemaal niet goed zien, vanwege de menigte, maar dat gaf niet. Het was een indrukwekkende ceremonie.

De stad Ieper

In de middag hadden we eerst het Flanders Fields Museum bezocht, dat het verhaal van de Eerste Wereldoorlog verteld. Daarna hadden we de stad verkend aan de hand van de Ingress gids. Na de oorlog had men besloten om de stad, die na vier jaar oorlog volledig was verwoest, te reconstrueren. Men greep niet terug naar het stadsbeeld van 1914, maar naar de 14e eeuw, de glorietijd van West-Vlaanderen.

Ieper

De architecten van de herbouw bemoeide zich alleen met gevels aan de straatzijde. Achter de gevel mocht iedereen zijn gang gaan. We liepen door een stad die er gotischer uitzag dan ooit. De Lakenhallen en de herenhuizen waren prachtig. Maar er ontbrak iets: er was nauwelijks begroeiing. De stadwallen vormden een groene gordel en ook bij de Sint-Pieterskerk stonden bomen, maar dat was het dan.

Een ander minpunt was dat er zoveel auto’s in de stad reden of geparkeerd stonden. Als Jolanda en ik het voor het zeggen hebben, dan zouden we de stad autoluw maken, te beginnen bij de Grote Markt.

De Fietstocht

Op onze tweede dag huurden we fietsen bij souvenirwinkel ’t Iepertje in de Menenstraat. Ze waren tot 22 uur open, dus we hoefden niet op de tijd te letten. Ik had een fietstocht door de natuur bij Ieper uitgezocht, maar Jolanda had een ander voorstel. Ze wilde een fietslus maken langs herdenkingstekens en begraafplaatsen. We waren immers in de Westhoek.

Fietsverhuur 't Iepertje

We besloten de Vredesroute te volgen van 45 kilometer. Als eerste fietsten we naar Langemark. Hier was de meest bekende militaire begraafplaats van de Duitsers.

Een dag eerder hadden we ‘Ramparts Cemetery, Lille Gate’ bezocht, een Britse begraafplaats die bovenop de oude vestingmuur van Ieper ligt. De afmetingen van de witte rechtopstaande grafstenen waren identiek. Op de voorkant stond een embleem, 4 regels met gegevens, een kruis en eventueel een onderschrift. Er lagen hier bijna 200 gesneuvelden. We zagen de emblemen van de Engelsen, Schotten, Canadezen, Australiërs en de Maori’s uit Nieuw-Zeeland.

De ‘Deutscher Soldatenfriedhof’ zag er compleet anders uit. De vierkante grafstenen lagen op de grond en waren zwart van kleur. Op de zerken stonden 4 tot 16 personen genoemd. Van iedere persoon werd de naam, rang en datum van overlijden genoemd. Er was ook een massagraf, dat het kameradengraf werd genoemd. Hierin lagen de resten van 25.000 soldaten. In totaal waren hier 44.300 Duitse soldaten begraven.

Deutscher Soldatenfriedhof

Langemark was de plek waar militairen voor de eerste keer chemische wapens inzetten in een militair conflict. Het Duitse leger liet op 22 april 1915 chloorgas vrijkomen. De noorderwind dreef een geelgroene wolk naar de voorste loopgraven van de Engelsen en Fransen. Het verstikte alles en iedereen: mensen, dieren en planten. Degenen die de gasaanval overleefden kregen astma, verbranden longen of werden blind. Ondanks de verschrikkelijk effecten van het nieuwe wapen, slaagden de Duitsers er niet in om Ieper te veroveren.

We gingen buiten de muren van het kerkhof broodjes smeren, met de spulletjes die we in de ochtend bij de Lidl hadden gekocht. De eigen klaar gemaakte lunch gaf ons de vrijheid om te eten op het moment dat we dat we trek hadden. We hoefden nu niet eerst op zoek te gaan naar horeca die open was.

Een half uurtje nadat hadden we een broodje met Passendale kaas en tomaat achter onze kiezen hadden, passeerden we de kaasmakerij van het dorpje Passendale. Toeval bestaat niet … Of toch wel?

Passendale

Onze volgende stop was Tyne Cot Cemetery, de grootste begraafplaats ter wereld van het Brits Gemenebest. Het was groots en bevatte 11.957 witte grafstenen. Veel van die stenen waren voor niet geïdentificeerde gesneuvelden. Ze vermelden teksten zoals ‘A Soldier of the Great War’ of ‘Known unto God’. Achteraan op een halfcirkelvormige muur stonden de namen van 34.957 vermiste soldaten. Ze waren vermist vanaf 16 augustus 1917 tot het einde van de oorlog. De namen van de 54.896 militairen die aan het begin van de oorlog zijn vermist zijn op de Menenpoort aangegeven.

Tyne Cot Cemetery

Ik had in het boekje van de VVV gelezen dat op Iepers grondgebied ongeveer 75 Britse begraafplaatsen zijn die worden onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission. We waren dus niet verbaasd dat we tijdens het tweede deel van onze fietstocht nog vele begraafplaatsen zagen. We stopten niet meer, want we waren verzadigd.

Culinair genieten in Ieper

‘Ieper is de stad van de fijnproevers’, had de VVV ons beloofd. Na de lunch en een diner op vrijdag keken we niet verwachtingsvol uit naar het diner op de zaterdagavond. Toen we ontdekten dat Ieper een indiaas restaurant had was de keuze snel gemaakt. We aten bij ‘La Taj’ een heerlijke paneer en dronken er een mango lassi bij. Een paar straten verderop vond de Last Post ceremonie plaats bij de Menenpoort.

1917, de oorlogsfilm

Als we ons laten onderdompelen, dan doen we dat goed. Na het avondeten, zetten we in ons appartement de film 1917 op. Het was een visueel spektakel. We volgden twee Britse soldaten die vijandelijk gebied moeten betreden om een boodschap af te leveren. Ze gaan naar de voorste loopgraven, steken het niemandsland over en betreden de voorste Duitse loopgraaf die leeg is. Daarna volgt een lange en gevaarlijke weg.

Door het camerawerk voelde het alsof we met de jonge mannen meereizen. We ondervonden dezelfde dreiging en we ervaarden dezelfde verschikkingen als zij. Twee uur lang waanden we ons in de Eerste Wereldoorlog.

De Palingbeek wandelroute

Na het ontbijt checkten we uit en reden we met de auto in 5 minuten naar de het startpunt van de Palingbeek wandelroute. We waren in een bosrijk en glooiend landschap. De oudste boom was van 1919. Net als Ieper, was dit gebied in de oorlog compleet verwoest.

Ik had van te voren niet beseft dat in dit gebied met poelen, moerassen, bos, boomgaarden en bloemenrijke graslanden sporen van de Eerste Wereldoorlog te vinden waren. De wandeling voerde ons langs kraters. Ze waren ontstaan door ontploffingen onder de grond. De Duitsers én de Britten maakten tunnels onder de grond om een mijn te laten ontploffen onder de stellingen van de tegenstander. Het leidde nooit tot een doorbraak op het front.

Enkele cijfers:

BrittenDuitsers
NaamgevingTunnelerMineure
Start werkzaamhedenoktober 1915april 1916
Aantal gravers1.5003.000
Aantal schachten1132
Aantal tunnels1114
Aantal meters tunnel6.0001.200
Gemiddelde vorderingen per dag7 meter5 meter
Aantal maanden graafwerk287,8
Gemiddelde lengte van een tunnel534 meter86 meter
Langste tunnel710 meter180 meter
Hoogte van een tunnel1,30 meter1,40 meter
Breedte van een tunnel 0,65 meter0,80 meter

De Palingbeekroute is een leuke en afwisselende route, langs littekens in het landschap die herinneren aan een wereldwijd conflict.

De loopgravenoorlog

De Eerste Wereldoorlog was een uitzichtloze loopgravenoorlog die 4 jaar duurde. 100 jaar later is er opnieuw een loopgravenoorlog gaande in het oosten van Oekraïne. Op het gebruik van drones na, is er niets veranderd. Rusland viel Oekraïne binnen in de verwachting om binnen 3 dagen Kyiv te hebben veroverd. De Duitse troepen vielen België aan, om na 40 dagen Parijs te omsingelen. In beide loopgravenoorlogen zien we terreinwinsten van enkele meters ten koste van duizenden slachtoffers.

Herdenkingstoerisme

Herdenkingskransen

We hadden een duik genomen in het oorlogsverleden van de Westhoek. Het was interessant, educatief en gruwelijk geweest. Sinds 2014 komen er heel veel toeristen naar deze streek. Wij hadden opvallend veel Engelsen gezien en geen enkele Duitser. Het herdenkingstoerisme levert de regio veel geld op. Toch waren de middenstanders in Ieper bijzonder vriendelijk. Als we een praatje met ze maakten en er kwam een nieuwe klant in de winkel, dan negeerde ze die en bleven ze geanimeerd met ons kwebbelen. We vonden het charmant.

4 reacties op “In de Westhoek is de Eerste Wereldoorlog altijd dichtbij&rdquo

  1. Mooi blog Carolien en ik wist niet dat er nog zoveel daar te zien is van de 1e WO. De aantallen graven en vermisten is inderdaad haast niet te bevatten. Het is goed dat daar dagelijks nog aandacht aan wordt besteed.

    1. Merciekes, Lisette. Ik vind het ook mooi dat er iedere dag dankbaarheid wordt betuigt, aan hen die sneuvelden voor het herstel van de vrede en de onafhankelijkheid van België.

  2. Een heel indrukwekkend verslag Carolien vooral het lezen van het feit dat er iedere dag om 20u in Ieper bij stil gestaan wordt, kippenvel

    1. Dank voor je mooie woorden, Linda 😘. Ja, elke dag blazen vrijwilligers van de Ieperse Brandweer de Last Post 🎶. Het was heel indrukwekkend om mee te maken. Als ik nu de Last Post weer hoor, dan denk ik terug aan de ceremonie onder de Menenpoort.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *