Wandeldag 1: Sangatte – Wissant
Om 11:38 uur stappen we uit de auto op de parkeerplaats van Sangatte, een plaatsje onder Calais. Een grasmus zit in de struik en zingt alsmaar zijn riedeltje. Het is bewolkt, heiig en slechts zo’n 22 graden. Jolanda en zijn blij met de temperatuur, want een dag eerder was het in de stad 30 graden geweest.
Voordat we aan onze driedaagse wandeltocht langs de Opaalkust beginnen lopen we het dorp in, want we hebben trek in een kop thee. Na ruim een kilometer komen we bij een café aan. Aan de bar van Le Week-End zitten 5 oude mannetjes met een glas witte wijn. Ze hebben het gezellig met elkaar. Onder de voeten van een van de mannen ligt een zwart dik hondje.
Eenmaal weer buiten lopen we terug naar de parkeerplaats en daarna naar Wissant, de bestemming van vandaag. De zee is kalm, er staat niet veel wind en de zeelucht voelt zeer vochtig aan. Onder onze voeten is de Eurotunnel van Calais naar Folkestone.
Na een half uur begint het zachtje te regenen. We hebben niet op een regenbui gerekend en zijn ietsje teleurgesteld. De afgelopen maand is er geen druppel regen gevallen en net nu wij op pad gaan is er neerslag. We troosten ons met de gedachte dat het goed voor de natuur is. We begrijpen opeens waarom het hier zo groen is.
We volgen het pad boven op een klif. In de verte zien we de witte zijkant van de krijtrotsen van de Cap Blanc Nez. De kaap is met een hoogte van 134 meter de hoogste van de Opaalkust. Bovenop staat een obelisk. Het monument gedenkt de mannen die tijdens de Eerste Wereldoorlog het Kanaal en de Noordzee moesten beschermen.
De Opaalkust en Groot-Brittannië zaten heel vroeger aan elkaar vast. Door een aardverschuiving ontstonden zowel de witte kalkkliffen aan beide zijden van het breukvlak als ook het Nauw van Calais. We kijken naar de overkant van de zeestraat, maar we kunnen Engeland niet waarnemen vanwege het beperkte zicht. We zien wel heel veel bunkers. Het zijn overblijfselen van de Atlantikwall.
In Wissant gaan we op zoek naar hotel de la Plage. Het ligt in het hart van het dorp, 150 meter van de zee. We checken in en gaan direct daarna naar de bushalte. Omdat we zonder volledige bepakking lopen, nemen we de bus terug naar Sangatte om de auto en onze koffers op te halen. We leggen deze dag het traject Sangatte – Wissant dus drie keer af. Het is leuk om de route die we hebben gelopen opnieuw te zien.
Als we terug in het hotel zijn, gaat Jolanda douchen en ga ik bij het raam zitten. Het hotel ligt naast een riviertje en een oude watermolen, die nu dienst doet als museum. Een stuk of 16 huiszwaluwen scheren heen en weer. Zelfs zonder verrekijker kan ik makkelijk zien hoe prachtig ze zijn.
Wandeldag 2: Wissant – Audresselles / Ambleteuse
De volgende morgen open ik de luiken en het raam. Het is bewolkt. Een frisse wind stroomt de warme hotelkamer binnen. Uit de struiken komt de zang van een winterkoninkje.
We kleden ons aan en lopen de trap af naar beneden. In de ontbijtzaal is het druk. Tot onze opluchting serveert het hotel geen typisch Frans ontbijt, want de keuze is reuze. Het ontbijtbuffet bestaat uit yoghurt, granola, fruit, eieren, Franse kaas, ham, jam, croissants, chocoladebroodjes, brood en nog veel meer. Alle producten komen uit de streek. We moeten zelf aan de slag om sinaasappelen te persen en een eitje te koken.
Het eindpunt van de wandeling van vandaag ligt niet vast. We gaan naar Cap Gris Nez en kijken daarna wel waar we uitkomen. Het enige waar we op moeten letten is dat we op tijd bij een bushalte zijn van lijn 427.
Het eerste deel van de tocht gaat langs het strand. We zien dat de kustlijn onderhevig is aan erosie. Een deel van de kliffen is afgebroken, waardoor enkele bunkers op het strand zijn gekukeld. Een huis staat gevaarlijk dicht bij de zee. De bewoners hebben barricades opgeworpen om de branding en de verdere afbrokkeling tegen te houden. Het is een strijd die ze nooit kunnen winnen.
Op het strand liggen over een lengte van een paar honderd meter donker gekleurde repen. Het lijken rotsen, maar als we dichterbij komen, zien we dat het veenlagen zijn. Ze dateren uit het Holoceen.
We bereiken Cap Gris Nez en lopen naar de top van de kaap. Er is een uitzichtplateau, een grote parkeerplaats en dus heel veel dagjesmensen. We hebben geluk, want we kunnen aan de overkant van het water de witte kliffen van Dover zien.
Het kanaal is met 500 schepen per dag de drukste bevaarde zeeroute ter wereld. In de Tweede Wereldoorlog hadden de Duitsers hier verschillende kanonnen geplaatst waarmee ze over het kanaal schoten. In een reactie hierop installeerden de Britten twee kanonnen, die ze Winnie en Pooh noemden. Er zijn tijdens de oorlog in totaal 2.200 schoten gelost.
We willen het pad naar beneden nemen, waarover Jolanda 5 jaar geleden ook heeft gelopen. Hier en daar staan waarschuwingsborden met de tekst ‘DANGER’. We staan in dubio. ‘Zullen we de officiële GR nemen of toch het leuke kustpad?’ We besluiten om een kijkje te gaan nemen. Als het pad te gevaarlijk is, dan gaan we terug. Niet veel later worden we tegengehouden door een groot hek. We kunnen er niet omheen. De route is niet meer begaanbaar, omdat de wind en het stromende water de kalkbodem hebben weggevaagd.
We krijgen honger en zoeken een rustig plekje uit om te lunchen. In de ochtend hebben we een belegde baguette bij de bakker in Wissant gekocht. We kijken op onze mobiel en zien dat het pas 13:00 uur is. Voor ons gevoel is het later. We concluderen dat we tijd genoeg hebben om naar Audresselles of zelfs Ambleteuse te wandelen.
Er komt steeds meer bewolking, de zon verdwijnt en het gaat regenen. We kunnen de Engelse kust nu niet meer zien. Als we in Audresselles arriveren, komen we op straat groepjes mensen tegen die een corpulente zondagslunch hebben genoten. Aan de motoriek zien we dat ze wijn bij het eten hebben gedronken. In het centrum van het dorp vinden we een plekje op een overdekt terras. Er is een braderie in het dorp en ondanks het natte weer zijn er veel mensen op de been.
Onze mobiel geeft aan dat het 15:15 uur is. Dat zou betekenen dat we ruim 2 uur nodig hebben gehad om 4 kilometer te overbruggen. Dat kan niet; zo traag zijn we niet. Langzaam beseffen we wat er is gebeurd. Op de Cap Griz Nez dachten onze telefoons dat we in Engeland waren en gaven ze de Engelse tijd aan. Het was niet 13:00 uur toen we onze lunch aten, maar 14:00 uur.
Als we opstaan om verder te gaan regent het nog steeds. In Ambleteuse passeren we museum 39-45. In de tuin staat een Amerikaanse M4 Sherman tank met de naam ‘Jean Bart’. Aan de Opaalkust is de Eerste en de Tweede Wereldoorlog altijd dichtbij. We nemen de bus terug.
Na een lekkere douche gaan we eten in hotel restaurant Le Normandy. We nemen een plat du jour en we worden met alle egards behandeld door vriendelijke en kundige obers. Als een ober het halve flesje wijn komt brengen, dan geeft hij mij het gevoel dat ik de duurste wijn van de kaart heb besteld.
Het contrast met gisteren is groot. We aten toen aan de overkant van de straat bij restaurant Le Herlen. De uitzendkracht aldaar kon niet uitleggen welke vis op het menu stond, en toen hij even later het eten opdiende kreeg ik de schotel die Jolanda had willen hebben en andersom. Omdat we niet precies wisten wat we hadden besteld, kwamen we pas achter de flater nadat we onze borden hadden leeggegeten.
Terug in de hotelkamer installeren we ons op bed om een oorlogsfilm op Netflix te gaan kijken. Onze eerste keus is Dunkirk, omdat de film zich afspeelt in het gebied waar wij nu zijn. We kunnen de film niet op het platform vinden en kiezen dan voor Fury met Brat Pitt. Het is een aangrijpende film over de gruwelijkheden in een oorlog. De film is zelfs zo indringend, dat we de slaap niet kunnen vatten en uren liggen te woelen.
Wandeldag 3 Ambleteuse – Bourgogne sur Mer
Na een te korte nachtrust worden we moe wakker. Ik open de luiken en het raam, en zie dat het mistig is. We praten na over de grote impact die de film op ons heeft gehad. ‘Was het oorlogsverhaal keihard bij ons binnengekomen, omdat we twee dagen lang bunkers hadden gezien en verhalen hadden gelezen over gebeurtenissen uit de Eerste en de Tweede Wereldoorlog?’ ‘Kwam het door de gruwelijke oorlog in Oekraïne, die op 24 februari 2022 was begonnen en nog steeds gaande is?’
In de ontbijtzaal richten we onze aandacht op de logistiek van vandaag. Deze is als volgt:
- Koffers inpakken en uitchecken.
- Naar de bakker gaan om een twee baguettes te kopen voor onze lunch.
- Koffers in de auto zetten en naar het eindpunt van gisteren in Ambleteuse rijden.
- Wandelen naar Boulogne-sur-mer.
- Met de bus terug om de auto op te halen.
In Ambleteuse wandelen we naar het fort. Het werd in 1680 gebouwd en ligt aan de monding van het riviertje de Slack. Het is eb en we kunnen eromheen lopen. Drie touringcars stoppen en heel veel toeristen stappen uit om het fort te fotograferen.
We steken de rivier over en betreden het natuurgebied Dunes de la Slack. In dit gevarieerde landschap van duinen, naaldbossen en moerassen volgen we een kronkelend zandpad en dat overgaat in een vlonderpad op de plekken waar het zompig is. Omdat het de vorige avond en nacht heeft geregend, is het zandpad op de beschutte stukken nog vochtig en makkelijk te belopen. Maar op de plekken waar de zon vol op staat, is al het regenwater verdwenen en we zwoegen 2 kilometer lang door het mulle zand.
We steken de doorgaande weg over en lopen langs de kust naar Wimereux. Het pad is half verhard en we kunnen weer een normaal wandeltempo aanhouden. De lucht is helderblauw en voor het eerst tijdens onze korte wandelvakantie merken we hoe warm het hier kan zijn.
Wimereux is de oudste badplaats aan de Opaalkust en heeft een brede boulevard. Zo’n 300 villa’s hebben de oorlogen overleefd. Normaal gesproken zou ik graag een architectuurwandeling maken langs de mooiste huizen uit het Belle époque, maar we hebben geen puf meer. De korte nacht, het zware zandpad en de hitte eisen zijn tol.
We beginnen aan het laatste traject langs de kunst. Het is helaas het saaiste gedeelte van onze reis. We zien niets anders dan gras en een paar koeien. De skyline van Boulogne-sur-Mer doemt op en we ontwaren torenhoge lelijke woonflats.
In Frankrijk geldt de Loi Littoral. Deze wet is bedoeld om de kustgebieden te beschermen tegen alle mogelijke schade. Je mag bijvoorbeeld niet bouwen buiten de bebouwde kom. We beseffen dat deze wet de redding van de Opaalkust is geweest. Het gebied is zo prachtig, omdat het niet is volgebouwd.
Erg goed geslaagd Carolien! Leuk hoe je de vogels, en het gebied en de monumenten verwerkt met jullie ervaring. Top blog
Dank je wel, Lisette. Het zijn heel mooie woorden, waar ik heel warm van word.
Weer zo’n heerlijk wandelverhaal!
Wandelen is fijn. Erover schrijven ook. En positieve feedback krijgen is de kers op de taart.
Wat een prachtig verhaal weer. Ik ben er nog nooit geweest maar heb, mede door de mooie foto’s , een goed beeld gekregen, bijna of ik er bij was. Xxx
Dank voor je leuke reactie, Gery. Wie weet ben je binnenkort ook in de streek met de twee kapen en kijk je uit op de witte kliffen van Dover.